woensdag 19 juli 2017

Aaimabel

loensjemail@gmail.com

Synoniemen

Onder een wonderbaarlijke lucht
In een wonderbaarlijke mooie zee
Met wonderbaarlijk blauw water
Lag een wonderbaarlijk eiland

       
        Op dit fabelachtige eiland
Stond een fabelachtige boom
Met fabelachtige takken
En fabelachtige bladeren

       
Onder die geweldige boom
Groeide een geweldige paddestoel
Met geweldig grote stippen
En een geweldige steel

       
Op die onvoorstelbare paddestoel
Zat een onvoorstelbare kleine kabouter
Met een onvoorstelbaar grote baard
En een onvoorstelbare puntmuts

       
Op die fabuleuze puntmuts
Zat een fabuleus grote vlo
Met fabuleus grote poten
En een fabuleus kleine angel

       
Aan die miraculeuze angel
Zat een miraculeus scherpe punt
En met die miraculeuze angel
Steekt hij zo in jouw miraculeuze ………gat        
        


        ©Ghans Dorrebrein

zondag 18 juni 2017

De Treurozone


In het wiet ontkuild, verblikken of verassen verblozen of verfblikken, vergassen of vergazen.
De vragen razen de pan uit, met de paplepel ingeslagen gewoonten, met door de orgaswinning uitgezakte eiderstokjes opbollende zwaanideeën uitwulpend in grote dikke smookgordijnen. Achter een hek van kippenaas heeft de boteraar een doordringende dwingendrammer staan. Met alles wat hem lief en leed is, verstekt achter de geelodendrons ge-ent op omtwikkeld stammetje. Met de Treuro hoog boven het vaandel trekken de knoflooklanden ons over de olijfgrens, de warme maar donkere zuidelijke diepte in. Niet alleen de tomaten in de puree. Lucullisch feesten maar niet tellen. Luieren maar niet opletten. Onvigilantor voraciteitig. De dwergnoedel blijkt een grote boze wolf in een lamsvel. De katten in zakken verbranden.
Gooien, gooien en gooien. Water en tomaten naar elkaar, speren naar stieren en glas in de kachel.
En ooit maar immer, zal Europa één zijn. Met nog wat buitenechtelijke toevoegingen met goed- en bontgemutste mede-Europeanen luiden wij straks het twee kwarteeuw van dit millennium in.
Oh, gijlieden Ambigu..!

zondag 11 juni 2017

500 woorden van max vijf letters


De markt is erg vol. Veel lui zijn met het mooie weer, zo vroeg in de lente, de deur uit en het lijkt wel volop zomer.

Op een dag als deze ruikt de hele markt naar vis en patat. Het lijkt wel of een ieder zich te goed doet aan een snack en soms twee of meer. Ik zelf neem een vette bal met saus en een ijsje toe. En dat alles in nog geen uur. Dan ben ik het zat dat zowat elke sul tegen mij aan loopt en wil naar huis. Dat valt niet mee.

Een man met een fiets (wie doet dat nou op de markt?) doet net of hij niets ziet en loopt blind door. Hij stoot eens tegen een been van een vrouw of man die dan nogal boos wordt. Aan het einde van de markt pakt een vent een stok en slaat de man met de fiets op zijn hoofd. De man valt op de grond en bloed komt uit zijn oor. Een vrouw geeft die man weer een lel met haar tasje en een ander blèrt moord en brand. De agent op een paard die net in de buurt was kwam erbij en belde om hulp 112. Ook nam hij de man met de stok bij zich en bond hem vast aan een boom. Van links komt een vrouw met een bijl die de agent niet zag. Ze haalt uit en mikte op de neus van de man. Die was raak; bloed spoot in het rond en ik rende uit de buurt. Dat was beter. De man aan de paal zakte door zijn benen op de grond. En of dat nog niet alles was, kwam de vrouw met het tasje en gaf hem nog een dreun. Rare types waren er plots uit het niet bij gaan staan. Van die lui met een speld door hun oor en dat soort gedoe. Eng dus. Ze deden niets maar ik zag aan hun ogen dat ze iets van plan waren. En dat was niet veel goeds. Eén ging er bij staan en pakte een mes. Ik dacht, die steekt hem dood, maar dat was niet zo. Met vaste hand sneed hij het touw los van de man aan de boom. Dat hielp niet, want hij was niet meer in leven en zakte op de grond. Kwaad keek het rare type naar de agent. Een ander eng type pakte ook een mes en weer een ander een echte kris. Dat is zo’n wapen waar je een mens echt wel mee dood slaat.

Nu liep het echt uit de hand. De agent kreeg het ook niet meer kalm en nam op zijn paard de benen. Na een uur stond hij pas weer stil, ver weg van de markt. Ik vond het wel mooi om dit zo te zien maar wilde nu toch wel weer naar huis. Ik denk niet dat ik nog gauw naar de markt ga. En als ik toch ga, zet ik wel een helm op.



dinsdag 6 juni 2017

Fantasiewoorden

Het nachtwoud
       
        Doordrammerige dijklonte
Knierden over de veeknotten
Met hele grote stappen
       
Ratelend en riespend
Verdraaiden de mondago’s
Blind rond de katonkel
       
Met zwier en zweem
Geluidloos snaterend
Door het papaver veldje
       
Door knast en kuier
Als een porrige schallebijter
Sluiterend op een bospad
        
Galsterig en gradoom
Ruisde de knoestige klanda
Door de zachte zwoele nacht
       
De erudiete eneugh
Kapittelde een doerse bork
Onder een zwarte hemel
       
De vlezige vijnzaard
Met een diminutieve rapel
Kon de lucht weerstaan
       
Een onteuge ommert
Wankelend op een bieschar
Rook de frisse wind
       
En ook ik
Ook ik
Ik






        ©Ghans Dorrebrein

maandag 5 juni 2017

Hun wouden

## en het is nog goed ook...!


Al heel lang geleden had ik gelezen dat je “hun” bijna alleen gebruikt, als het bezittelijk is. Dus: hun boek en hun huis. In de meeste andere gevallen is het hen of zij of ze.

Behalve als het een meewerkend voorwerp is en er geen voorzetsel voor staat. Zoals bijvoorbeeld bij
  • Zij schonk hun een kop koffie
  • Hij gaf hun een kop koffie
  • Zij drinkt hun te veel koffie

Dat gehoord hebbende, ging ik er op letten.
Veel mensen doen dat dus fout! Hun hebben, of ik ga naar hun toe hoor je steeds vaker. En dat stoort me. Ik maak zelf veel taalfouten, maar deze weet ik nou toevallig en ik let er dus erg op. Maar het gaat dubbelop. Ik ben er scherp op en de mensen op de televisie doen het steeds vaker fout.

Ik heb een collega die uit het noorden komt en zij bedoelt: “zij wilden” zegt ze steevast: “hun wouden” Ik leg dan aan haar uit dat je dat alleen kunt zeggen als je het over Brazilië hebt. En dan moeten die bossen ook nog van iemand zijn.
Dan klopt het.

Maar intussen heeft het bij mij en mijn gezin door de jaren fobische vormen aangenomen. We kijken elkaar altijd aan als iemand hun zegt en zeker wanneer iemand op de televisie dat doet, dan kijken we elkaar veelbetekenend en meesmuilend aan. Maar zeggen niets.


Zelf kunnen we het woord hun niet meer uitspreken. Het lukt gewoon niet. Zelfs als het wel klopt. En dus gaan we regelmatig de fout in. We zeggen dan hen boek, hen auto en hen hen. Dat is hopeloos vervelend en hopeloos fout. Mijn vrouw werkt tegenwoordig zelfs bij het Hennebedcentrum.


We komen er niet vanaf.
We gaan nu een cursus 'hun' volgen en intussen gebruiken we de adviezen van de taaladviesdienst van het Genootschap Onze Taal

Hier staat een lijst met honderden werkwoorden (en uitdrukkingen) voor als je twijfelt of je ze met hun of met hen moet combineren.







zondag 4 juni 2017

Wachtwoord terreur


Bericht van uw ICT-beheerder:
Uw wachtwoord is zes weken bruikbaar en daarna verlopen.
Morgen verloopt uw wachtwoord en kunt u geen gebruik meer maken van uw account

Bedenk een veilig wachtwoord en vul hieronder uw nieuwe wachtwoord in:


Worst

NIET TOEGESTAAN het wachtwoord moet uit minimaal 8 tekens bestaan
Probeer opnieuw


gekookte worst


NIET TOEGESTAAN het wachtwoord moet minimaal 1 cijfer bevatten
Probeer opnieuw


1 gekookte worst


NIET TOEGESTAAN het wachtwoord mag geen spaties bevatten
Probeer opnieuw


25fuckinggekookteworsten


NIET TOEGESTAAN het wachtwoord moet minimaal een hoofdletter bevatten
Probeer opnieuw


25FUCKINGgekookteworsten

NIET TOEGESTAAN het wachtwoord mag geen achtereenvolgende hoofdletters bevatten
Probeer opnieuw


25FuckingGekookteWorstenInJeR…


NIET TOEGESTAAN het wachtwoord mag geen punten of komma’s  bevatten

Probeer opnieuw

SteekDie25FuckingGekookteWorstenMaarInEenWarmPlekje


NIET TOEGESTAAN dit wachtwoord valt onder ongewenste intimiteiten
Probeer opnieuw


SteekDat WachtwoordSamenMetDie25FuckingGekookteWorstenMaarInJeReet

NIET TOEGESTAAN dit wachtwoord is al in gebruik

Probeer opnieuw










zaterdag 3 juni 2017

Niet duur


- ik heb hier nieuwe schoenen

- zijn ze duur?

- 199 euro

- ik vraag niet wat ze kosten, maar of ze duur zijn

- eh, ja, wat is duur?

- duur is als ze meer kosten dan ze waard zijn

- dan zijn ze niet duur

- maar het is wel veel geld

- ja, wat is veel geld

- als je maar 300 euro hebt, is 200 euro veel geld

- dus iets kan duur zijn maar toch niet te veel geld?

- ja zelfs kan iets te duur zijn en toch niet veel geld

- en andersom kan iets veel geld zijn en toch niet duur, bijv een nieuwe Mercedes voor 10.000 euro

- dus we spreken in het vervolg niet over duur maar over veel geld, als we het niet willen of kunnen uitgeven

- nee natuurlijk niet, want iets kan best veel geld zijn, maar toch de moeite waard om het uit te geven

- en zelfs kan iets te duur zijn en toch de moeite van het uitgeven waard

- maar dan is het niet te duur, toch?

- te duur voor de waarde, niet te duur voor jouw wensen

- half te duur dus? zodat we eigenlijk moeten zeggen: te veel geld?

- ja wel te veel geld om uit te geven, maar niet te veel geld voor de waarde of bedoel je te duur?

- nee niet te duur

- duur is als ze meer kosten dan ze waard zijn

- dan zijn ze niet duur

- maar het is wel veel geld

- ja wat is veel geld



>>>>>>> ach ik koop maar niets meer.....

Blauwe ballen





Onder aan de leuning van de trap
Zat een grote koperen knop





D, T en Apostrof




Nederlands is een leuke taal, maar soms ook wel een beetje vreemd. Neem nou de letter D. Dan denk je er staat een D dus je zegt een D. Niets is minder waar, een D op het eind is een T als je het uitspreekt. En nog erger of er nu een T staat, DT staat of een D staat, altijd spreek je het uit als een T.

En zo gebeurt het, dat het gebeurde niet was gebeurd als er het gebeurt, dat gebeurt of wat gebeurt bij gebeurt staat, maar het gebeurt ook dat je gebeurd schrijft als er een persoonsvorm bij gebeurt staat, zoals bij was gebeurd, is gebeurd had gebeurd. En zo kan het gebeuren dat sommige mensen ezelsbruggetjes of andere handigheidjes, zoals een plaatje willen gebruiken, omdat de spellingscontrole hier ook geen uitkomst biedt.



Het handigste is, als we overal een T schrijven waar je het zegt. Maar dergelijke zeer grote taalveranderingen gebeuren niet zo gauw, want in één klap zijn alle boeken en andere teksten verouderd, moeten we miljoenen schoolboeken weggooien enzovoort.

Maar we horen nog meer niet, wat je wel schrijft als je het uitspreekt. Bijvoorbeeld een apostrof.

De apostrof en de bezits-s, dus als iets van iemand is.
Alleen bij de klinkers behalve de e komt een apostrof voor de s. Bij alle medeklinkers komt geen apostrof.

Dus:
Douwes boek
Karels schaakspel
Oma’s fiets
Renés ouders

Oh ja, dan nog een uitzondering: als er een e voor de y staat, dan toch geen apostrof, zoals in Kinseys onderzoek.

En ook dit nog: Als bij een bezitsvorm de naam eindigt op een s-klank (sis), wordt de apostrof gebruikt in plaats van –s

·         Smits’ gelijk (van Smits, niet van Smit)

·         Strijbosch’ huis

·         Alex’ boek

·         Strauss’ voorouders

·         Bush’ presidentschap

·         Paige’ jurk

·         Alice’ fiets

vrijdag 2 juni 2017

Orgasminderen


loensjemail@gmail.com

Cijfers en letters

Cijfers en letters en hun uitzonderingen

Ik heb laatst gelezen dat je alle getallen tot en met tien, in tekst altijd voluit moet schrijven. Dus dat doe ik dan ook trouw en maak dan prachtige zinnen, zoals: Met 11 man zaten we in twee auto’s en reden over de A2 (ja, uitzondering) We gingen naar voetbal en het ene elftal (ja, uitzondering) stond al klaar. Terwijl de andere 11 nog in de kleedkamers zaten.

De scheidsrechter wist zo 1-2-3 (Ja, uitzondering) niet wat te doen en riep een van de andere 11 spelers bij zich. Hij vroeg of zij alvast een beetje het publiek konden entertainen door wat een-tweetjes te laten zien. Maar gelukkig druppelden de andere spelers een voor een het veld op. Hij floot en tien van de 11 man stoven op de bal af. Als idioten. De scheidsrechter moest wel 10 of twintig keer fluiten voordat er een, en laat staan 11, luisterden.
Een van de tegenstanders stond met zijn rug naar veld te mijmeren. De grensrechter vroeg wat hij stond te doen.
"Ik 4 dat ik 25 ben geworden vandaag."

Kortom ik houw me er wel an. Ik bedoel die schrijfregels.        
       

De tussen - n-


De wondere wereld van de tussen -n-
Koekepan of koekenpan? “Allebei goed”, zegt het Taalgenootschap, maar dit is een uitzondering.
De wondere wereld van de tussen-
n en al haar uitzonderingen.
Als je het uitspreekt hoor je niet altijd die n, als je het niet al te deftig uitspreekt. Maar zodra je het opschrijft – en je wilt dat correct doen – loop je tegen een rijtjes regels aan, met uitzonderingen en daar weer uitzonderingen op en daar weer…..
De hoofdregel is eenvoudig: als je er twee zelfstandige naamwoorden van kunt maken,
komt er een -
n- tussen zoals bij kosten+plaatje en kippen+vel. Maar geen -n- bij kosteloos, want loos is een achtervoegsel. En ook geen -n- bij klassespeler, klotefilm en reuzemop, omdat de eerste hier bijvoeglijk naamwoorden zijn.
Maar wat kunnen we in Nederland dingen toch moeilijk maken met uitzonderingen. Let op de tussen-n in dit stukje. En geloof me, dit is correct n-gebruik:
Elk jaar vierden we Koninginnedag. Op haar verjaardag vierden we het Koninginnefeest met koninginnesoep en koninginnenhapjes, terwijl de Koningin haar koninginnenrit door de stad reed. Het feest werd voorafgegaan door de koninginnenacht en daar werden vooral, en veel koninginnendrankjes gedronken.
Het is ingewikkeld met al die uitzonderingen, maar wat misschien helpt is:
Houd in beginsel vast aan de bovenstaande hoofdregel.
Maar gebruik daarbij geen tussen-n in deze gevallen:
           Als het eerste deel het tweede deel versterkt: apetrots, beregoed, boordevol en reuzeleuk
           Als het uniek is zonnestraal, zonnebank, zonnegod, maneschijn en hellevuur. Er is maar één zon etc.
Nu alles je duidelijk is, toch nog wat verwarring stichten:
·         Bij koekebakker mag je het zelf weten, met als uitzondering: als de koekenbakker koeken bakt maar ook een sukkel is, is de koekenbakker ook een koekebakker.

·         De man liep met in zijn ene hand een berehap en in zijn ander hand een glas berenburger, langs de berenklauw, die giftige plant. Beren houden niet van gehakt dus een berehap is geen berenhap, maar voor mensen wel berelekker en een berenburger doet je beregoed.

·         De aap zat op zijn apenrots en haalde apenstreken uit met een apennootje. Hij zat op zijn apengatje, naast zijn jongste zoon, zijn apegatje. Hij had wat gedronken en was apelazarus, maar dit hele verhaal is natuurlijk een broodje aap, apekool zogezegd.

Ik ben blij dat ik geen buitenlander ben, die Nederlands moet leren.

Ghans